Het idee voor de leftover pruimensnacks is – hoe kan het ook anders – ontstaan door een grote bak met pruimen die laatst in een van mijn Too Good To Go pakketten zat. De kruidige, hartige tonen van tijm (eveneens uit hetzelfde pakket) gaan verrassend goed met het zoetzure van de pruimen, wat een overwegend zoete snack net wat meer diepgang geeft. En het is vrij eenvoudig te maken.

Dit is een recept voor 4 leftover pruimensnacks

Ingrediënten

• 4 plakjes bladerdeeg (uit de vriezer; gebruik veganistische bladerdeeg als je een vegan snack wilt maken)
• 6 kleine gele pruimen
• 4 theelepels jam of fruitspread (ik gebruikte abrikozen-perzikfruitspread van rigoni di asiago)
• 2 theelepels suiker
• 1 theelepel custardpoeder
• paar takjes verse tijm
• een klein beetje neutrale olie om een bakblik mee in te vetten.

Werkwijze

Haal de plakjes bladerdeeg uit de vriezer om ze te ontdooien en verwarm de oven voor op 180ºC. Snijd de pruimen in partjes, meng ze in een kom met de suiker en het custardpoeder. Als de bladerdeeg een beetje ontdooid is (na 10-15 minuten) haal dan een voor een het velletje van het plakje en leg ‘m met die kant naar boven op de bakplaat. Vouw de randjes eenmaal een beetje om, zodat je een heel laag bakje krijgt. Smeer de bodem van ieder bladerdeegbakje in met een theelepel jam. Verdeel vervolgens de pruimenpartjes over de snacks. Ris de blaadjes van de takjes tijm en strooi deze er overheen. Schuif de bakplaat in de oven en bak deze 20 tot 25 minuten af tot de randjes mooi goudbruin zijn.

De pruimensnacks zijn het lekkerst als ze net zijn gebakken en ietwat afgekoeld. Als je ze helemaal af laat koelen kun je ze tot enkele dagen bewaren in een luchtdichte doos.